voorkomen

voorkomen{{/term}}

1 prevent

♦voorbeelden:

1   om misverstanden te voorkomen • to prevent (any) misunderstandings

     we moeten voorkomen dat hij hier weggaat • we must prevent him from leaving

     〈spreekwoord〉 voorkomen is beter dan genezen • prevention is better than cure

————————

voorkomen¹{{/term}}

〈het〉

1 [uiterlijk] appearance

2 [het aangetroffen worden] occurrence, incidence

♦voorbeelden:

1   nu krijgt de zaak een geheel ander voorkomen • things are now looking a lot different

     hij heeft een representatief voorkomen • he has a presentable appearance

     het voorkomen hebben van • bear the semblance of

2   het regelmatig voorkomen van ongeregeldheden • the recurrence of disturbances

————————

voorkomen²{{/term}}

〈onovergankelijk werkwoord〉

1 [vóór iemand/iets anders komen] get/draw ahead

2 [gebeuren] occur, happen

3 [aangetroffen worden] occur, be found

4 [voor het gerecht verschijnen] appear

5 [toeschijnen] seem, appear

6 [voor het huis komen] come round

♦voorbeelden:

3   die planten komen overal voor • those plants grow/are found everywhere

4   hij moet voorkomen • he has to appear in court

5   dat komt mij bekend voor • that rings a bell/sounds familiar

     het is niet zo goed als hij laat voorkomen • it's not as good as he'd have you believe

     het laten voorkomen alsof … • make it appear as if …

     het komt mij voor, dat … • it seems to me that …

6   een auto voor laten komen • have a car come round